Niemand heeft behoefte aan de profeten van het verleden of aan de kwakzalvers van de toekomst

Opiniestuk verschenen in De Morgen van zaterdag 18 april

Mag ik u meenemen voor een klein gedachte-experiment? Kwestie van het eens even niet over corona te hebben...

Stel, ons land en bij uitbreiding de rest van Europa ligt onder vuur. Letterlijk. Een indringer uit (gemakshalve) het oosten valt ons aan. En loopt ons militair vrij snel onder de voet. Het gevaar komt langs alle kanten. Verhoudingsgewijs sneuvelen aan onze zijde veel jonge mannen die een inderhaast operationeel gemaakt leger bevolken. De verwarring is groot. De communicatie tussen de militaire experten die de generaals zijn en de politici verloopt moeizaam: wie beslist hoe we een tegenaanval proberen in te zetten en waar we onze sterkste verdedigingslinies inzetten? We verliezen kostbare tijd. Onze goed georganiseerde tegenstander buit dit genadeloos uit. De vijand lijkt wel overal. Na enkele weken capituleren we. De overmacht is te groot.

Gesteld dat we dan nog een vrije pers zouden hebben (wat weinig waarschijnlijk is) zou er vervolgens zeker een breed debat losbarsten: hebben we die strijd wel goed aangepakt en is onze nederlaag ook niet vooral te wijten aan een jarenlange onderinvestering in militair materieel en in het aantal soldaten? Kortom, iedereen militair expert.

Vandaag stellen we ons identiek dezelfde vragen - ja, hier is corona onvermijdelijk toch weer - over het aantal ziekenhuisbedden op intensive care, het aantal mensen dat in woonzorgcentra werkt, de strategische reserve aan beschermingsmateriaal, het mank lopende overleg tussen leiders, experten en veldwerkers.

Zouden het dezelfde mensen zijn die zich druk maken over te weinig investeringen in de zorgsector als in ons militair apparaat? Op het eerste gezicht misschien niet maar ik durf toch te denken van wel. Natuurlijk is het makkelijker om te pleiten voor meer geld voor ziekenhuizen en rusthuizen dan voor gevechtsvliegtuigen of pantservoertuigen. Het is ook niet verkeerd dat te doen. Zelf ben ik een militair noch een zorgexpert, dus daar gaat het me niet om. Mijn punt is dat we bij een crisis achteraf altijd redenen zullen hebben om een onderinvestering of iets anders aan te klagen.

 Dat is overigens wat zo goed als alle politieke partijen vandaag doen. Bepaalde socialisten vinden dat meer socialisme het beste antwoord op corona is, enkele ecologisten denken dat klimaatmaatregelen een volgende coronagolf kunnen voorkomen, sommige liberalen achten de huidige coronalimbo ondraaglijk en pleiten onomwonden voor een directe herstart van onze economie, enz. Zo zullen we er niet geraken: het eigen grote gelijk is in deze een zwaktebod. Het is net een afweging van al die belangen dat politiek leiderschap kenmerkt.

Maar anderen reageren te vaak vanuit de loopgraven, en ze mikken in coronatijden met nog zwaarder geschut. Wat te denken van de overvloedige reacties van vele opiniemakers de laatste weken? Van hetzelfde laken een broek, vrees ik. In een democratie is het goed een opinie te hebben en die ook te uiten, maar het louter hebben van een mening maakt iemand nog niet tot een opiniemaker. ‘Ik wist het’ of ‘ik weet het’ zijn dan vaak eerder symptomen van je reinste zelfoverschatting.

Laten we niet vergeten dat dit voor iedereen bovenal een beproeving is. Op sociaal, financieel, psychologisch, economisch, filosofisch en medisch vlak. Om alleen maar de voornaamste aspecten te noemen. Dat mensen dan gelaten of angstig of boos of nerveus reageren is volstrekt normaal.

Niemand heeft behoefte aan de profeten van het verleden of aan de kwakzalvers van de toekomst. De aanvaarding van onvoorziene omstandigheden, de acceptatie dat zaken niet altijd lopen zoals gepland, is de eerste voorwaarde om een probleem ook daadwerkelijk opgelost te krijgen. Het komt er nu de eerste weken en maanden op aan de gezondheidscrisis te bezweren en het virus in zijn kot te krijgen. En zoveel mogelijk economische zekerheid aan de mensen te bieden.

Een goede gezondheid en een job. Daaraan en daaraan alleen moeten we nu keihard werken. Met de federale overheid en de gewesten. Betweterij en ideologische meningsverschillen, daar is later nog alle tijd voor.

Sven Gatz
​Brussels minister van Financiën en Begroting

Story image

 

demorgen.be/meningen/niemand-heeft-behoefte-aan-de-profeten-van-het-verleden-of-aan-de-kwakzalvers-van-de-toekomst~b2df2310

 

Over Sven Gatz

Sven Gatz
Brussels minister van Financiën, Begroting, Ambtenarenzaken, Meertaligheid en Nederlandstalig Onderwijs

Kunstlaan 9
1210 Brussel