Brusselse jongeren willen eengemaakt jeugdbeleid, Gatz zegt: go!

Op de studiedag “Jong in Brussel, wat weten we over de Brusselse jeugd”, brak minister Sven Gatz, in de Vlaamse Regering bevoegd voor Jeugd en Brussel, een lans voor de oprichting van een Interministeriële Conferentie Jeugd in de volgende regeerperiode. Daarmee wil Gatz de versnippering aanpakken van de bevoegdheden en instellingen die zich in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met het jeugdbeleid inlaten. Dat was immers een van de belangrijkste conclusies van de studiedag van het Brussels Informatie-, Documentatie en Onderzoekscentrum (BRIO). In opdracht van minister Gatz gaven wetenschappers van VUB en ULB er een overzicht  van wat er vanuit wetenschappelijk onderzoek over Brusselse jongeren geweten is.

Naast de jongeren zelf kwamen ook Vlaams minister Sven Gatz en het VGC-Collegelid bevoegd voor Jeugd, Pascal Smet, aan het woord. Uit de vaststellingen bleek dat een grote meerderheid van de Brusselse jongeren zich positief identificeert met hun stad. Acht op tien jongeren voelt er zich thuis. Bijna 70% vindt dat de onveiligheid in Brussel sterk wordt overdreven en 67% geeft aan dat Brussel een aangename stad is om in te wonen. Naar het formele aanbod (onderwijs en vrije tijd) én de kwaliteit ervan werden er op de studiedag wel vragen gesteld. Het aanbod is onvoldoende transparant en te weinig afgestemd op wat de Brusselse jongeren willen.

De bevoegdheden en de instellingen die in Brussel verantwoordelijk zijn voor het jeugdbeleid, blijken bovendien sterk versnipperd. Zo kunnen 21 lokale besturen scholen of jeugdhuizen oprichten, een vakantieaanbod organiseren of verenigingen subsidiëren. Een ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC)  regelt de jeugdhulpverlening, de twee grote gemeenschappen organiseren een apart aanbod. Het Nederlandstalig jeugdwerk wordt gesteund door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), het Franstalig jeugdwerk behoort vooral tot de lokale autonomie. Er bestaat geen Brusselse Jeugdraad, wel een Vlaamse jeugdraad, een jeugdraad van de VGC, een Conseil de la Jeunesse de la Communauté Française en tal van gemeentelijke jeugdraden. Zelfs de Brusselse jeugdherbergen zijn formeel ééntalig of worden onder de bevoegdheid van één gemeenschap uitgebaat.

“In deze context is meer samenwerking tussen de relevante overheden de boodschap”, besloot minister Gatz. “Naar analogie met de Interministeriële Conferentie Cultuur die ik met mijn collega’s met culturele bevoegdheden heb opgericht, wil ik tijdens de volgende legislatuur ook een Interministeriële Conferentie Jeugd opstarten. Dit permanent politiek overlegmodel tussen ministers heeft de voorbije jaren op cultureel vlak zijn waarde bewezen. Een mooi voorbeeld hiervan was trouwens de start van een gezamenlijke cultuurcommunicatie in Brussel, op vraag van de culturele sector.”

Gatz meent dat alleen via een regelmatig en structureel overleg tussen alle betrokken instellingen en niveaus, waarbij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als regisseur optreedt, het jeugdbeleid in Brussel een elan kan krijgen dat beantwoordt aan de noden en verwachtingen van de Brusselse jongeren.

Over Sven Gatz

Sven Gatz
Brussels minister van Financiën, Begroting, Ambtenarenzaken, Meertaligheid en Nederlandstalig Onderwijs

Kunstlaan 9
1210 Brussel